dinsdag 11 september 2012

Dag 4: 11 Sep 2012: Grein - Melk - Tulln



Dinsdag 11 September fietsen we van Grein  naar Melk. 
Daarna varen we naar Tulln 

We fietsen een stukje terug op de weg van gisteren om via de brug in Tiefenbach terug de rechteroever te bereiken. (Sommigen nemen de ferry in Grein naar Wiesen).

We fietsen nu langs de  "Strudengau", een bij schippers beruchte vernauwing van de Donau. 



We fietsen langs het eilandje Wörth met de ruine Burg Werfenstein op, en via Freyenstein komen we voorbij Persenbeug, gelegen aan de andere oever (foto hierboven).
De krachtcentrale van Ybbs


We fietsen voorbij het  Babenbergerhof, een groot luxieus hotelcomplex 





en bereiken dan het mooie stadje Ybbs
dat nog getuigt van de rijkdom die het via tolheffing op de Donau kon verwerven.



















Op het prachtige orgel staan de initialen van  Mozart die de kerk bezocht in 1767.





Aan de overkant zien we Maria Taferl met de  Wallfahrskirche.







We komen aan in Pöchlarn , de geboorteplaats van Oskar Kokoschka.


Er is een Nibelungendenkmal en verschillende figuren uit het Nibelungenlied








Nibelungenlied
een middeleeuws epos over liefde en wraak
Het heldenepos verhaalt hoe Siegfried naar het hof van Bourgonden in Worms gaat om naar de hand te dingen van de mooie Kriemhilde. Zij is de zus van de drie broers die over Bourgonden regeren. Van de drie koningen is Gunther de primus inter pares. Gunther wil aan het verzoek van Siegfried voldoen, op voorwaarde dat deze hem helpt om de vrouw te verwerven op wie Gunther zelf zijn zinnen heeft gezet, namelijk de sterke Brunhilde, koningin van IJsland: zij trouwt alleen met de man die haar in drie spelen kan overwinnen. Gunther slaagt daarin, maar alleen omdat Siegfried als zijn stand-in optreedt. Aansluitend vindt de dubbele bruiloft plaats: Gunther trouwt met Brunhilde en Siegfried met Kriemhilde. Het bedrog tijdens de bruidwerving leidt er na een aantal verwikkelingen – die zeer smakelijk worden verteld – uiteindelijk toe dat Hagen, de belangrijkste vazal aan het hof, op instigatie van Brunhilde en met medeweten van Gunther en zijn broers een moordaanslag op Siegfried beraamt. Tijdens een jachtpartij doodt Hagen Siegfried door hem een speer in de rug te steken. Kriemhilde is ontroostbaar en zint op wraak. Later hertrouwt zij met Etzel, de koning van de Hunnen. Na een aantal jaren nodigt ze haar broers en Hagen uit voor een feest aan het hof van Etzel. Het blijkt een hinderlaag te zijn: in Etzels burcht openen de vertrouwelingen van Kriemhilde de aanval op de Bourgonden (die nu ook Nibelungen worden genoemd). Gunther, zijn broers en Hagen gaan met alle Bourgonden in een bloedige strijd ten onder. Ook Kriemhilde sterft. Dâ hât daz maere ein ende. diz ist der Nibelunge nôt, zegt de laatste strofe: ‘Hier is het verhaal ten einde. Zo gingen de Nibelungen ten onder’.


Ook Nepomucenus ontbreekt hier niet.










Portret van Theodor Körner, 1ste burgemeester van Wenen na de 2de WO
naar wie ons schip genoemd is.









Nu nog 11 kms  fietsen naar Melk, waar zich de wereldberoemde abdij van de Benedictijnen bevindt, een van de meest beroemde en bekendste barokgebouwen van Oostenrijk, rijk aan vele historische kunstschatten.




Benediktinerstift Melk is een prachtige Benedictijnse barokke stift gelegen op een indrukwekkende locatie. De stiftbibliotheek en de marmerzaal met fresco’s van Paul Trogers zijn wereldberoemd. Tot de bezienswaardigheden behoren bovendien de stiftkerk met de koepel en het stiftmuseum met multimediadocumentatie. Het stiftpark werd in 1750 als barokke tuin aangelegd, in 1822 in een Engels landschappark verandert en 1995 gerenoveerd. Hier vindt u een paradijstuin, een kruidentuin met genees- en geurkruiden en specerijen, een barok tuinpaviljoen, een historisch waterbekken en een tuinhaard. Via ‘sprekende stenen’ vertellen kinderen het scheppingsverhaal.

We laten onze fietsen in de benedenstad en klimmen te voet naar de abdij.





Het Prelatenhof
In 1089 schonk markgraaf Leopold II een van zijn burchten aan Benedictijnse monniken uit Lambach. 
Het klooster groeide uit tot het geestelijke en culturele centrum van de deelstaat Niederösterreich. 
Begin 18e eeuw werd begonnen met de bouw van de barokke kerk en neiuwe kloostergebouwen, dit naar ontwerpen van de Oostenrijkse barokarchitect Jakob Prandtauer.



Expositiestukken uit de schatkamer, het archief en de bibliotheek van het stift getuigen van een rijk verleden. 

Hoogtepunten zijn ongetwijfeld de marmerzaal en de bibliotheek. Hier zijn zo'n 100.000 werken ondergebracht, waaronder belangrijke historische manuscripten. 




Naast Paul Trogers beroemde plafondfresco, een allegorische afbeelding van het geloof, kun je in het klooster ook moderne fresco’s bezichtigen.  Het nieuwe, moderne museum neemt je mee doorheen de eeuwenoude geschiedenis van het klooster. 






Een van de fresco door P. Bischof (1988) op de gevels van het Prelatenhof.












De trap naar de 1e verdieping in de Keizerlijke vleugel

De keizerlijke gang

Romaans kruis (einde 12e eeuw)

De marmeren zaal, bestemd als ontvangst- en banketzaal.


Paul Trogers beroemde plafondfresco, een allegorische afbeelding van het geloof, 





De Bibliotheek met eveneens een plafondfresco van Paul Troger (1731/32)  bezit ca. 1.800 manuscripten, de oudste uit de 9de eeuw.

Het hoofdaltaar in de Kloosterkerk






Fresco van J.M. Rottmayr (1721) in het middenschip

De H. Benedictus (detail uit het fresco)
Het Tuinpaviljoen




Er is een treintje voor de minder valide, of luie bezoekers



Wij genieten nog van een ijsje  vooraleer we terug naar het schip fietsen.


Een heerlijk avond met mojito's op het bovendek tijdens de vaart naar Tulln

Avondlijk zicht op Dürnstein dat we op de terugweg zullen bezoeken.




Piratenavond in het restaurant, maar ook in onze kajuit was overhoop gehaald.








De crew had er een heel leuke avond van gemaakt.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten